Het klinkt natuurlijk best aardig om altijd de zonnige kant te zien of om je problemen te relativeren, maar bij echte ellende werkt het niet. Zoals schrijfster Susan Smit ooit treffend zei: Positief denken is het pierenbadje van verlichting. Je bent er namelijk nog helemaal niet aan toe als je moeite moet doen om iets met een goed klinkende spreuk positief te maken, terwijl het van binnen nog niet zo voelt. Het is een short cut waarbij je onherroepelijk verdwaalt.
Je hoeft Instagram of Pinterest maar te openen of een eindeloze stroom van inspirerende quotes zeilt je gezichtsveld binnen. De algemene consensus van die quotes lijkt te zijn dat een positieve houding en gedachten leidt tot een evenzo positieve realiteit.
Wanneer je maar positief genoeg denkt, zal je leven gemakkelijker worden. Je zult die droombaan krijgen, die geweldige relatie en dat betaalbare huis met tuin op een toplocatie. Je hoeft alleen maar te visualiseren wat je wilt.
Mediteer, houd een dagboek bij met dingen waar je dankbaar voor bent, maak een moodboard en voila: je depressieve gevoelens, je financiële problemen en je liefdesverdriet smelten weg als sneeuw voor de zon.
Althans, dat is het idee. Daarmee gaan we alleen wel voorbij aan het idee dat er altijd externe factoren zijn die ons succes in de weg kunnen staan. Er zijn wel degelijk obstakels die door geen enkele foto van een groene weiland of een kalm strand en een paar keer diep en dankbaar ademhalen zullen verdwijnen.
Wat mijzelf betreft: inspirerende teksten lezen om me beter te voelen vergelijk ik altijd maar met het kijken naar een stepapparaat om af te vallen. Het werkt niet voor me. Maar ja, voor mij is zo ongeveer de meest inspirerende quote” ‘Some of my best friends are carbs.’
Toch ben ik blijkbaar een roepende in de woestijn, anders zou er niet zo’n enorme positiviteit gekte zijn die het voor een schier oneindige stroom zelfhulpgoeroes mogelijk maakte om de afgelopen tien jaar tot ons te komen via internet, zelfhulpboeken, tijdschriften en TV programma’s. En allemaal hebben ze met dezelfde boodschap, zijnde: Je hebt keuzes in het leven. Externe omstandigheden bepalen niet je leven, dat doe jijzelf. Je gedachten bepalen je lot. Dus als je maar positief genoeg denkt, zullen er ook positieve dingen gebeuren.
Wanneer al die glitter, roze strikjes en ‘positief denken’ voor je werken en je daardoor inderdaad je droomleven hebt kunnen manifesteren, dan is dat natuurlijk top. Maar voor veel mensen is dit niet het antwoord dat ze zoeken: het is een deel van het probleem, niet de oplossing.
Sabine: Mijn voormalig beste vriendin stuurde mij op het hoogtepunt van een hevige depressie een kaartje waarop stond: ‘Het wordt weer zomer.’ ‘Really?’ dacht ik. ‘Ik wil dood, en jij denkt me op deze manier op te beuren?’ Ze snapte het oprecht niet. Helaas.
Tussen mijn Facebookvrienden zitten er overigens ook die weten dat ze ‘on parole’ zijn. Geen zogenaamde inspirational quotes. Geen ‘Je krijgt wat je kunt dragen.’ Het zijn schatten, maar hun inspirerende quotes inspireren me nog het meest om ze van mijn Facebook of zelfs uit mijn leven te gooien.’
Joyce: ‘Zo herkenbaar dit. Je hoofd: ‘Ik wil dood.’ Je vriendinnen: ‘Denk positief! The Secret! Visualiseer! Met iedere minuut waarin je ongelukkig bent, verlies je 60 seconden geluk! ’
Ik: ‘Sodemieter op. Breng chocola en koffie en LUISTER gewoon naar me. Al die lege quotes die zogenaamd positief zijn komen op mij meer over als: ‘Zeik niet zo.’
‘Wees niet zo negatief’ is meer iets gaan betekenen als: denk niet kritisch, voel niet, breng je trauma niet bij me in de buurt, vraag niet om hulp. Die opgedrongen positiviteit lijkt voornamelijk in het voordeel te zijn van anderen, niet de van de persoon die ergens onder lijdt.’
Marije: ‘Een goede vriendin is sinds kort helemaal into positiviteit. Ze stuurt me podcasts van Michael Pilarczyk, een of andere internetgoeroe die vertelt hoe ik mijn mooiste leven kan leven, hij is helemaal van de laws of attraction. Ze beweert dus ook met een stalen gezicht dat mensen in sloppenwijken gewoon niet hard genoeg gedacht hebben aan rijk zijn, en benoemt elke avond in bed met haar vriend waar ze die dag dankbaar voor waren. Toen ik daar een keer iets van zei kregen we bijna ruzie dus tegenwoordig houd ik mijn mond maar, al is onze relatie niet meer hetzelfde sindsdien.’
Jolanda: ‘Om de een of andere duistere reden is mijn Facebook omgeving verdeeld in aan de ene kant activisten op welk front dan ook, en heb ik er aan de andere kant een hele lading totempaal schurkende klankschaaldruïdes in rooie zweethutten tussen zitten. Buiten het feit dat ik ze allemaal ken, ze echt lief vind en enorm waardeer als mens, krijg ik vooral af en toe jeuk van die laatste groep. Ik luister wel eens irl naar deze mensen en ik kan niet anders dan ze met mijn meest verbaasde gezichtsuitdrukking aanstaren. Met mijn mond open. Na een half uur weet ik veelal nog niet waar ze het over hebben. Dus ik laat mijn energetische ziel (?) maar lekker in hun spirituele universum (nogmaals ?) rondfladderen. Ondertussen zorg ik gewoon zelf wel voor mijn lijf en leden. Op aarde, wel te verstaan. Tijdens mijn depressie heb ik me letterlijk ziek geërgerd aan überposi’s. Het is alsof je gewoon geen slecht gevoel mag hebben soms, want dan móet je het positief bekijken. Laat me gewoon met rust. En nu ook als ik een baaldag heb, denk ik: Opbokken met je stomme Happiness quotes en je flieberfladdertuniekjes en wierrook lucht. Ga lekker elders aarden.’
Emma: Ik ben zelf best goed gestemd, maar ugh, al die “positieve” quotes op een of ander wit bounty strand of sterrenlucht geshopt? Gooi jezelf weg!
Ik ben een aantal jaar geleden een instagram-account begonnen omdát ik al die vlindertjes, regenboogjes en bloemetjes en sterretjes en eenhoorntjes zo zat was. Het heet @prettynastywords en ik kalligrafeer scheldwoorden. Ha!
Anita: ‘Ik hoor en lees niet anders dan dat wat je aandacht geeft groeit. Je mag dus niet sip zijn, niet klagen en niet janken. Huppekee, wees vrolijk en blij, en alles gaat voorbij. Ik word er soms behoorlijk kriegel van. Vorig jaar had ik een burn-out. Dan is het nog enigszins geaccepteerd, maar dan ben je ook weer zielig. ‘Ach meid, het komt wel weer goed, ga dit of dat doen en je knapt echt op, wordt je weer vrolijker. Schrijf ik openlijk over hoe ik op dat moment in het leven sta en me even shit voel dan krijg ik te horen: ‘Je neemt alles zo zwaar, wordt eens wat losser.’ Schrijft een BN’er vervolgens over iets soortgelijks, dan worden ze de hemel in geprezen omdat ze zich zo kwetsbaar en open durven uiten.
Ik vind het ook een soort kuddegedrag: iemand is begonnen met te verkopen dat je alleen met een positieve inslag gelukkig kunt leven en iedereen loopt daar blindelings achteraan. Ik heb een blog waar ik als mijn alter ego ‘Alie van de taboebalie’ de taboes die we tegenkomen in de maatschappij, op persoonlijk, seksueel en werkgebied, onder de aandacht wil brengen en bespreekbaar wil maken. Daarom begin ik binnenkort met een Facebook Challenge genaamd ‘de doos van Pandora’ waarin ik de schaduwkanten die wij als mens hebben in het zonnetje wil zetten. Want dat is voor mij net zo goed het leven en is het afwijzen van de ‘donkere’ kant afwijzen van de ander, jezelf, en het leven zoals het echt is.’
Ook psychiater Esther van Fenema, bekend van BN’ers in therapie’ is het hiermee eens. Zij zegt: ‘We leven in een tijd waarin alles leuk, geweldig en vooral maakbaar moet zijn, en er lijkt geen tijd en ruimte meer te zijn voor de negatieve emoties waar we in het leven mee te maken krijgen. Daarom zijn steeds minder mensen in staat om daarmee om te gaan, je ziet dit bijvoorbeeld ook in de opvoeding: kinderen worden niet weerbaar opgevoed en als er iets naars gebeurd zijn ze daar niet tegen opgewassen, alles wat niet positief is slaat een enorme krater in hun zelf- en wereldbeeld. De Belgische hoogleraar en psychiater Dirk de Wachter is daarom ook de barricades opgegaan tegen de ‘leukigheid’. Hij zegt: ‘Het is pas in de miserie dat er een echte connectie met de ander ontstaat.’ Je kunt wel alles omzetten in iets leuks, maar dan mis je zoveel. Als je altijd de verwachting hebt dat het leven een tien moet zijn dan voldoet een zeven natuurlijk van geen kanten. Ons verwachtingspatroon is hysterisch opgeschroefd door al dat positieve denken dat en werkt ook negatief door in onze relaties. De plaatjes en quotes op social media schotelen ons een uniforme standaard voor waar we blijkbaar aan moet doen, maar misschien ben jij wel heel goed in dingen die op dit moment niet zo hip zijn.
Uit een onderzoek dat onlangs onder meer dan zestigduizend mensen werd uitgevoerd, bleek dat ruim een derde van ons zichzelf veroordeelt voor het hebben van zogenaamde ‘slechte emoties’, zoals woede of zelfs verdriet en actief probeerde om deze gevoelens terzijde te schuiven. We doen dit niet alleen voor onszelf, maar ook voor mensen van wie we houden, zoals onze kinderen. We leren ze onbedoeld om hun zogenaamde ‘negatieve’ emoties te onderdrukken door naar een oplossing te zoeken in plaats van hen te helpen om deze emoties als waardevol en leerzaam te zien.
Lianne Keemink (30), beter bekend als ‘The Self Help Hipster’ onderschrijft dit.
Zij schreef er zelfs een boek over genaamd: ‘Je moet (bijna) niks’:
‘Ik had zelf ook heel sterk de neiging om maar voortdurend gelukkig en positief te moeten zijn van mezelf, en wanneer dat niet lukte, voelde ik me gefaald als mens. Daarvoor voel je je natuurlijk alleen maar nog rotter.
Pas toen ik overspannen werd liet ik mijn negatieve emoties toe. Ik kon de strijd echt niet meer opbrengen, het kost zoveel energie om altijd maar energiek te zijn het was ook weer een gebied waarop ik aan het falen was. Noodgedwongen liet ik het dus maar gebeuren.
Ik zat me op mijn bank thuis rot te voelen, ging nergens naartoe en ben drie maanden van social media afgeweest. Ik trok de prikkels gewoon niet meer en al die informatie van mensen die ik helemaal niet kende, ik had genoeg aan mijn eigen ding. Nu. Even. Niet.
Er was niet echt een ‘Aha!’ moment waarop ik me realiseerde dat het best normaal is dat je je niet de hele tijd in de Gloria voelt, het was meer een besef dat langzaam bij me groeide. Positief denken is geen techniek die je transformeert. Het verdringt de negatieve kanten van je persoonlijkheid alleen.
Iets wat ronduit rot is steeds maar weer proberen om te buigen naar iets positiefs is niet okee. Je kunt de rottigheid wel met een laagje glans en glitter bedekken, maar je negeert daardoor belangrijke signalen die je eigen geest je geeft en dat kan er zelfs voor zorgen dat je te lang blijft hangen in een situatie die niet goed voor je is.
Je hebt negativiteit gewoon nodig in je leven. Zowel om dingen te verwerken, als om adequate beslissingen te nemen voor je toekomst. En dat is niets om je schuldig over te voelen.’
Natuurlijk zit niemand te wachten op een zuurbekje en met een beetje gezond optimisme is natuurlijk helemaal niets mis. Het stelt ons in staat om hoop te houden in barre tijden en te vechten voor wat we willen, maar buitensporig optimisme kan wel degelijk schadelijk zijn.
Ten eerste omdat je selectieve aandacht ontwikkelt. Als we te optimistisch zijn, concentreren we ons alleen op de dingen die we willen zien. Dat overdreven optimisme zal zelfs alarmsignalen interpreteren als een bevestiging dat alles goed gaat, waardoor we kleine problemen negeren, die waarschijnlijk zullen uitgroeien tot onoverkomelijke obstakels.
Het verhindert een objectieve beoordeling van de realiteit. Een te optimistisch verwachtingspatroon zorgt ervoor dat we ons ‘levensscript’ niet aanpassen aan wat er werkelijk gebeurt, en loop je het risico stappen in de verkeerde richting te blijven nemen: die van een onbereikbaar doel.
Maar hoe bescherm je jezelf nu tegen toxic positivity zonder in pessimisme te vervallen?
Wanneer we aan optimisme denken, gebruiken we al snel de uber bekende metafoor van het glas. Het is optimistisch om te denken dat het glas halfvol en pessimistisch om te denken dat het half leeg is. De nadruk wordt altijd gelegd op het perspectief en de interpretatie van het waterniveau.
In onze westerse cultuur zijn we geneigd te denken in termen van ‘hoe meer, hoe beter’. In het taoïsme wordt juist een balans tussen de uitersten bevorderd. In deze filosofie wordt gedacht dat elk extreem, of het nu negatief of positief is, geen geluk oplevert en uiteindelijk schadelijk is.
Misschien moeten we dus een beetje meer gaan begrijpen wat gezond optimistisch is. Sommige mensen gaan uit van optimisme als een soort ontkenning. Fouten en nare dingen bestaan niet zolang je er maar niet aan denkt. Maar juist die fouten en zware periodes zorgen ervoor dat we groeien.
Het goede optimisme stelt ons in staat het negatieve te erkennen, te omarmen en desondanks stappen vooruit te maken.
Optimistisch zijn is positief, tientallen studies hebben de voordelen voor onze mentale en fysieke gezondheid aangetoond. Zitten en iets willen, zal echter niet gebeuren. Daarom is het belangrijk dat optimisme gepaard gaat met een actieplan: Als we iets willen, moeten we niet werkeloos toezien, we moeten een realistisch plan opstellen om dit te bereiken. Alleen dan zal optimisme lonen, anders zal het alleen maar leiden tot frustratie. Of irritatie, want het is natuurlijk bizar dat instagram geen foto’s van tepels toelaat, maar wel posts met de hashtags #goodvibesonly. Zeg nu zelf: wat is er irritanter?’